1. Homepage
  2. Over Renewi
  3. Onze rol
  4. Actueel

Afval in beweging - de impact op u vanuit verschillende perspectieven

05 november 2019

Op donderdag 17 oktober ontving Renewi Nederland bijna 60 klanten op het Gispen Inspiration Center in Culemborg voor de bijeenkomst afval in beweging – de impact op u vanuit verschillende perspectieven.

Na het welkomstwoord van Bernd Geerkens, sector manager industrie bij Renewi, stond Michel Schuurman uitgebreid stil bij het circulaire overheidsbeleid. Frank Geelen, manager corporate materials sales advice bij Renewi sprak vervolgens over de dynamiek in de afvalmarkt. En tot slot sprak Rick Veenendaal, Manager Circulaire Economie bij Gispen, over de weerbarstige praktijk van alledag, waarbij circulariteit in tenders heel erg belangrijk geworden is.

Via deze link kunt u de presentaties (in PDF) downloaden. Tevens hebben we de belangrijkste punten van Michel Schuurman over het overheidsbeleid en Frank Geelen over de ontwikkelingen in de afvalmarkt voor u samengevat. Hiermee hopen wij als Renewi, voor zo ver dat mogelijk is, duidelijkheid te scheppen over de belangrijkste maatregelen rondom afval en secundaire grondstoffen vanuit de Rijksoverheid en welke impact dat heeft op de afvalmarkt.

Michel Schuurman, directeur Economie en Politiek bij MVO Nederland, schetste allereerst de ontwikkelingen in duurzaam ondernemen:

  • Intern & heden gericht => strategie: Minimaliseer negatieve impact = Minimaliseer afval en emissies naar water en lucht
  • Intern & toekomst gericht => strategie: Duurzaamheidvisie = Ontwikkel duurzame propositie voor de vraagstukken van morgen
  • Extern & heden gericht => strategie: Product verantwoordelijkheid = Integreer stakeholder belangen in producten en processen
  • Extern & toekomst gericht => strategie: Circulaire Economie = Ontwikkel keten-oplossingen gericht op one planet thinking

Vervolgens gaf hij aan dat volgens een studie van de VN de wereldwijde grondstofwinning verantwoordelijk is voor 80% van het verlies aan biodiversiteit en de helft van alle CO2 uitstoot. Mede daarom zet de Nederlandse Overheid sinds 2016 gestructureerd en beleidsmatig in op Circulaire Economie, zoals uit onderstaande tijdplanning blijkt.

2016 Rijksbrede programma Nederland Circulair in 2050

In het Rijksbrede programma Nederland Circulair in 2050 schetst het kabinet hoe we onze economie kunnen ombuigen naar een duurzame , volledig circulaire economie in 2050. Het programma omschrijft wat nodig is om zuiniger en slimmer met grondstoffen, producten en diensten om te gaan.

2017 Grondstoffenakkoord

In januari 2017 hebben 180 partijen in Den Haag het Grondstoffenakkoord ondertekend. Hierin staan afspraken om de Nederlandse economie te laten draaien op herbruikbare grondstoffen. Het akkoord is ondertekend door zowel partijen uit de overheid als het bedrijfsleven.

(Toenmalig) Staatssecretaris Dijksma: ‘We moeten af van de wegwerpcultuur en anders denken over grondstoffen en afval. Al bij het ontwerp van producten moet bedacht worden hoe de grondstoffen weer opnieuw gebruikt kunnen worden. Dit akkoord legt de basis voor deze recycle economie en is de beginstap om de verspilling van grondstoffen en de uitputting van onze aarde aan te pakken.’

2018 Transitieagenda’s: inzoomen op 5 sectoren

De Rijksoverheid heeft samen met ondertekenaars van het Grondstoffenakkoord 5 transitieagenda’s opgesteld. Hierbij is gekozen voor 5 sectoren en ketens die belangrijk zijn voor onze economie maar ook het milieu belasten. In zo’n transitieagenda staat hoe de betreffende sector circulair kan worden in 2050 en welke acties daarvoor nodig zijn.

Er is een transitieagenda opgesteld voor de sectoren en ketens:

  • Biomassa en voedsel:
    Biomassa wordt gebruikt voor veevoer, chemie, transportbrandstoffen en energie. Met biomassa kunnen we veel sectoren groener maken en CO2-uitstoot verminderen.
  • Kunststoffen:
    Kunststof is overal. Het is nuttig, maar het tast het milieu en het klimaat aan. Van plastic soep, zwerfafval tot microplastics in water en voeding. Met het Plastic Pact gaan overheid, bedrijfsleven en milieuorganisaties de strijd aan tegen plastic afval.
  • Maakindustrie:
    Maakindustrie verwerkt materialen, zoals metalen, tot nieuwe producten. Deze processen zijn veelal schadelijk voor het milieu. Een circulair ontwerp voor hoogwaardig duurzaam hergebruik van materialen is geboden.
  • Bouw:
    De bouwsector neemt 50% van het grondstoffenverbruik in Nederland voor zijn rekening. Veel afval is sloopafval. Om onze leefomgeving duurzaam in te richten is een versnelling van innovaties (circulair en modulair bouwen) binnen de bouwsector nodig.
  • Consumptiegoederen:
    Consumptiegoederen zijn goederen in verpakkingen die wij allemaal gebruiken: van koffiebekers tot kleding en van frisdranken tot stofzuigers. Doel is om grondstoffen niet meer te verspillen maar te hergebruiken. 

2019 Uitvoeringsprogramma: acties en projecten 2019 - 2023

Het kabinet presenteert het Uitvoeringsprogramma Circulaire Economie. Het uitvoeringsprogramma vertaalt de 5 transitieagenda’s naar concrete acties en projecten voor de periode 2019 tot en met 2023.

Voorbeelden uit het uitvoeringsprogramma:

  • Bij de productie van karton en papier komt een natuurlijke lijmstof vrij. Deze geeft bomen hun stevigheid. In de toekomst kan de lijmstof gebruikt worden om bio-asfalt te produceren.
  • In 2025 moet 75% van de nieuwe matrassen gemakkelijk uit elkaar zijn te halen. Ook moeten de materialen herbruikbaar zijn.
  • Overheid en het bedrijfsleven gaan samenwerken om minder plastic afval te maken. Ook moeten zij het overige afval beter herbruikbaar en recyclebaar maken. De samenwerking heet Plastic Pact.
  • Het Rijksvastgoedbedrijf en Rijkswaterstaat moeten in 2030 circulair werken. Zo moeten nieuwe gebouwen na 2018 energieneutraal zijn. Bij nieuwbouw en herontwikkeling van vastgoed gebruiken we zoveel mogelijk hergebruikte of herbruikbare materialen en grondstoffen.

Het Uitvoeringsprogramma wordt geregeld bijgewerkt:

  • Jaarlijks organiseert het Ministerie van Infrastructuur en Waterstaat de Nationale Conferentie Circulaire Economie. Hier bespreken betrokken partijen de voortgang van de circulaire economie. Dit kan leiden tot een aanpassing van het uitvoeringsprogramma.
  • Elke 2 jaar maakt het Planbureau voor de Leefomgeving (PBL) een voortgangsrapport.
  • Iedere 5 jaar werkt de Rijksoverheid het Uitvoeringsprogramma bij.